Uitstelgedrag

Iedereen die schrijft en met deadlines werkt, kent het fenomeen: uitstelgedrag. Deze column ben ik bijvoorbeeld al een week aan het uitstellen, en als ik mezelf nu niet stevig toespreek, kan het nog wel een paar dagen, of in elk geval uren, duren voordat ik er eindelijk aan begin.

Zeker sinds ik Netflix heb, is er altijd nog wel een serie of film die om aandacht vraagt. Op het moment van schrijven ben ik bijvoorbeeld reuze benieuwd hoe de Duitse misdaadserie Dogs of Berlin afloopt. Een complex verhaal over de moord op een Turkse-Duitse stervoetballer, waarbij het onderzoek wordt uitgevoerd door een team rond twee rechercheurs, die niet alleen de goede maar ook hun eigen zaak dienen. Zij nemen het op tegen o.a. de Turkse maffia, gokbazen uit voormalig Joegoslavië, de corrupte voetbalbond (‘in het Duitse voetbal is matchfixing nog nooit voorgekomen’), een Libanese motorbende en de neonazi’s waar een van de hoofdpersonen ooit zelf deel van uitmaakte.

Daar krijg je wel tien afleveringen mee vol. Toegegeven, er gebeurt zoveel dat het misschien allemaal niet altijd even geloofwaardig is, maar het geheel is bij vlagen zo spannend dat je, zoals dat gaat met binge-waardige series, toch wilt weten hoe het afloopt. En dan blijkt deze kruising tussen de Nederlandse series Mocro maffia en Voetbalmaffia ook nog uit de koker van een enkele persoon te komen: Christian Alvart, die de serie niet alleen bedacht, maar het geheel ook grotendeels schreef en regisseerde. Zo’n huzarenstukje dwingt toch altijd bewondering af, bij mij althans. Het ontbreekt er nog maar aan dat hij ook alle rollen zelf speelde. 

Nu we het toch over series hebben, moet me iets van het hart. Aan een nieuwe serie beginnen, altijd leuk. Een seizoen, laat staan een hele serie uitkijken, dat is iets heel anders. Ik kan jaloers worden op mensen die op Facebook posten: “Alle nieuwe series weer gezien. Heeft er nog iemand tips?” Ik heb echt nooit, nooit, nooit het idee dat ik alles heb gezien. 

Ik weet nog dat ik Breaking Bad zo goed vond, dat ik die vijf of zes seizoenen binnen een paar maanden heb gekeken. Een unieke prestatie, voor mijn doen dan. Recent heb ik drie seizoenen van de Britse detectiveserie Broadchurch ingehaald. Ook briljant, trouwens. Downton Abbey is indertijd ook gelukt, maar dat kwam doordat mijn vrouw en ik samen keken. Dan praat je elkaar door de wat mindere afleveringen heen. Nu zijn we bezig met A very English Scandal, een vermakelijke miniserie van Stephen Frears, over een seksschandaal uit de vorige eeuw rond de Britse politicus Jeremy Thorpe, die geweldig wordt gespeeld door Hugh Grant. Drie afleveringen van 50 minuten, er zijn tegenwoordig genoeg speelfilms die minstens zo lang duren. 

En dat is ook het punt: ik ben in de eerste plaats een filmkijker. Series zijn leuk voor de afwisseling, maar alleen maar series kijken, dat zou me niet lukken. Nu zit ik weer even in een seriefase en vraag ik me af welke ik na Dogs of Berlin – die ik ergens tussen de vorige twee alinea’s toch maar even snel heb uitgekeken – zal gaan volgen. Na het IJslandse Trapped, het Finse Karppi, het Amerikaanse Russian Doll, het Britse Traitors, en het Duitse Dogs of Berlin heb ik nu zin in een Belgische serie. Maar wordt het de Waalse serie La Trêve of het Vlaams-Nederlandse Undercover? Ik kan voorlopig niet kiezen en vertoon uitstelgedrag door per se eerst deze column af te willen maken.

Wat zoek je?